Flexi-jobs populair bij bus- en autocarondernemingen
Zeven op tien bus- en autocarondernemingen in België stellen vandaag chauffeurs te werk via het flexi-job statuut. Sinds de introductie van flexi-jobs bij busondernemingen op 01/01/2024, zijn er 1.425 bus- en autocarchauffeurs als flexi-jobber aan de slag. Dat is goed voor 12% van alle 11.400 chauffeurs. Flexi-jobs zijn twee maanden na de invoering duidelijk al een succes. Dat blijkt uit een enquête van het onderzoeksinstituut ICB.
“Het enige nadeel is de administratieve rompslomp die erbij komt kijken”, zegt Pieter Van Bastelaere, CEO van de FBAA. “Zo mogen autocarbedrijven bijvoorbeeld de tachograaf niet gebruiken om aan tijdsregistratie te doen, terwijl dit nochtans een Europees verplicht en erkend systeem is”.
In oktober 2023 besliste de federale regering om flexi-jobs toe te kennen aan de sector van de 300 privé bus- en autocarondernemingen. Sinds 1 januari 2024 kunnen die ondernemingen een flexi-job voorstellen aan kandidaat-chauffeurs. Einde februari 2024 heeft het Instituut van de Autocar en de Autobus (ICB) een enquête gehouden bij de Belgische bus- en autocarondernemingen, om te peilen in welke mate zij dit nieuwe statuut gebruiken.
De ICB-enquête geeft aan dat 70% van de bus- en autocarondernemingen in België vandaag chauffeurs te werk stellen via het flexi-job statuut. 1.425 bus- en autocarchauffeurs zijn sinds 01/01/2024 als flexi-jobber aan de slag. Het gaat om 12% van alle 11.400 professionele bus- en autocarchauffeurs van privé-busondernemingen. Flexi-jobs zijn duidelijk populair bij de busondernemingen. Bovendien zullen er vanaf volgend trimester nog extra busondernemingen chauffeurs aanwerven als flexi-jobber.
Vooral deeltijdse schoolbuschauffeurs
Uit de enquête blijkt verder dat zes op tien flexi-jobbers in de privé-bussector schoolbuschauffeurs zijn, die ritten uitvoeren met leerlingen uit het buitengewoon onderwijs.
De populariteit van flexi-jobs houdt verband met de aard van de job. Het leerlingenvervoer voor het buitengewoon onderwijs leent zich perfect tot deeltijds werk in gesplitste diensten van enkele uren per dag. Dat leerlingenvervoer trekt vooral kandidaat-chauffeurs aan van 45 jaar en ouder. Een tweede carriere als deeltijdse buschauffeur zien zij goed zitten.
Administratieve rompslomp
“Het enige nadeel is de administratieve rompslomp die erbij komt kijken”, zegt Pieter Van Bastelaere, CEO van de FBAA. “Zo mogen autocarbedrijven bijvoorbeeld de tachograaf niet gebruiken om aan tijdsregistratie te doen, terwijl dit nochtans een Europees verplicht en erkend systeem is.”
Het is verwonderlijk dat de digitale tachograaf geen geldig middel is om de activiteiten van autocarchauffeurs die flexi-jobben te registreren (zoals rij- en rusttijden). Europa legt autocarondernemingen immers op om de activiteiten van hun chauffeurs via die tachograaf te registreren, en de FOD Mobiliteit gebruikt die om autocarchauffeurs te controleren. Als gevolg van die beslissing dienen werkgevers dagelijks zelf de prestaties van hun flexi-jobbers te registreren.